maandag 14 maart 2011

de kwetsbaarheid van rijkdom

Ik kan niet herinneren dat ik me ooit zo kwetsbaar heb gevoeld als sinds het moment dat ik kinderen kreeg. De rijkdom gecombineerd met een vluchtigheid van het bestaan. Niet mijn bestaan want dat vind ik zo erg niet maar het bestaan van diegenen die me dierbaar zijn.

Het gevoel kwam meer op tijdens de zwangerschap van mijn tweede zoon. Ik had net een vroege miskraam achter de rug. Het verdriet dat daarmee gepaard ging, heeft een groot litteken achtergelaten. Weinigen weten van het bestaan af, en diegenen die ervan weten zwijgen erover. Onbekend en onbemind voor de buitenwereld, maar voor altijd mijn 3de kind. Mijn kleine vlinder die ik altijd met me meedraag in mijn hart.

De volgende zwangerschap bracht ook veel emoties mee. Het bleek altijd loos alarm maar verschillende keren had ik het gevoel dat de aarde wegviel van onder mijn voeten.

Ik had bloedingen, maar die bleken nooit van mijn kindje te zijn, vanwaar ze dan wel kwamen wisten ze niet. Op de 20 weken echo dachten ze dat er iets ernstigs mis was. Ik was alleen naar de gynaecoloog moeten gaan en toen ik op de tafel lag, nam ze steeds de telefoon. Ik dacht dat ze een nog een dringend telefoontje moest plegen…. Opeens hoorde ik haar zeggen: “wil je eens komen kijken naar een echo?” Ik weet niet of m’n hart stilstond of dat het tegen 200/uur klopte. Drie dokters zijn er uiteindelijk bijgehaald, allemaal vonden ze het een slecht beeld. Volgens hen was de ruggengraat helemaal niet compleet. Met twee dokters hebben ze zo hard op mijn buik staan duwen om het kindje gedraaid te krijgen. Ondertussen protesteerde mijn zoontje tegen dat geduw van buitenaf. Ik zat tussen geweld van binnenuit en van buitenuit. Niemand gaf me uitleg, niemand stelde me gerust. Uiteindelijk draaide Evander zich en bleek alles loos alarm. Het was een schaduw geweest, alles was perfect.

Als mijn twee nachtbrakertjes eindelijk slapen dan kan ik blijven kijken naar hen en ik kan alleen maar hopen dat ze die rust altijd zullen behouden, dat hun zorgen hun nooit boven het hoofd stijgen.

Mijn hart is een waterval en de liefde dondert met grote kracht naar beneden. Het zorgt voor vruchtbare grond tot ver buiten de oevers van de waterval. De waterdamp draagt verder.

Maar het verteert ook de rotsen die de waterval maken. Soms dan denk ik dat mijn hart te klein is voor zoveel liefde.

Ook ik ben je uitleg ‘schuldig’ – zonder mooie woorden


Liefste zus

Lang is het stil geweest tussen ons, terwijl onze wereld overhoop werd gegooid. Ik heb nog regelmatig aan je gedacht en steeds hoopte ik dat jouw stilte even goed was als de mijne. Maar om de een of andere reden wist ik dat het goed zat.

Ik heb je laatste berichtjes al ontelbare keren gelezen en nog steeds komen de tranen in mijn ogen. Je omschrijft zo mooi datgene dat niet in woorden te vatten is. De puurheid van liefde, voor een man en voor een kind. De zuiverheid, liefde in zijn meest pure vorm. Bijna te mooi aan te raken

Maar ik was je een uitleg schuldig. Een antwoord op iets dat je schreef op 20 februari 2006. Pas nu kan ik het plaatje uitleggen.

Ik ging in het leger om aan humanitair werk te doen. De plaatsen in humanitaire organisaties zijn heel beperkt en op die manier wou ik mijn steentje bijdragen. Al snel had ik door dat het systeem helemaal niets voor mij was…. Weer bij af dus. Zoeken naar hoe ik mijn dagen wil invullen.

Dagen kwamen en gingen. Mijn relatie met Tim werd (wordt) mooier met de dag en op een dag was ik zwanger. Elke dag genoot ik, ook na de bevalling, want ik had 6 mooie maanden alleen met mijn kindje en mijn echtgenoot. Maar er knaagde iets….nog meer dan ervoor. Zeker nu ik een kind had, wou ik het alles geven dat ik kon. De wereld is een mooie plaats maar ook een plaats met veel ellende. Als ik de wereld een klein beetje mooier kan maken, dan plukt mijn kind daar de vruchten van.

Maar waar moest ik dan naartoe? Mijn studie geschiedenis heb ik met veel liefde gedaan maar verder dan werk ik de verzekeringssector geraakte ik niet.

Als ik dan toch moest gaan werken en mijn kind naar een opvang brengen of later naar school, dan kan ik maar beter iets nuttigs met die tijd doen.

En dus ben ik terug gaan studeren: verpleegkunde. Mijn laatste jaar ondertussen. Als ik terugkom van stage dan heb ik echt het gevoel dat ik iets heb kunnen doen. Ik voel m’n bloed stromen als ik werk met de patiënten, ik zie dat door het anders aan te pakken ik kan doordringen tot de mensen. Dat ik hun onaangename verblijf net iets meer draaglijk kan maken. En als iedereen zo redeneert, dan gaan mijn kinderen opgroeien in een mooie wereld.

Een naïeve gedachte, dat besef ik maar ik moet het gewoon proberen voor mijn twee kleine ridders.

Een mooie tekst is het niet geworden

En lang niet alles is gezegd wat ik nog wil zeggen

maar soms hoeft dat ook niet